Skip to main content

DYSLEXIE BIJ LAGERE SCHOOLKINDEREN

Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of het spellen op woordniveau. Iemand kan traag lezen, of lezen met veel fouten, of een combinatie van beide is mogelijk. Soms is het lezen redelijk goed, maar zijn er vooral problemen met de spelling. Kinderen met dyslexie laten al vroeg zien dat zij moeite hebben het tempo van het leren lezen en spellen in de klas te volgen. Vaak doen zij extra hun best. In de lagere school kan duidelijk worden dat een kind mogelijk dyslexie heeft. Maar voor die tijd, in de kleuterklas, kunnen er al signalen zijn die hier op wijzen. Soms vallen de lees- en spellings-problemen eerst nog niet op, maar komt dit in het 5de leerjaar pas aan het licht bij problemen met het leren van de vreemde talen.

OORZAAK VAN DYSLEXIE

Mensen met dyslexie hebben over het algemeen een in aanleg zwak taalgevoel. Zij hebben met name moeite met het waarnemen van klanken (foneem-bewustzijn). Ook problemen met het automatiseren van willekeurige associaties (kleuren, dagen van de week) speelt een grote rol. Dit uit zicht bijvoorbeeld in problemen met snel en goed de juiste letter bij een klank vinden of bij het goed toepassen van een spellingsregel als je er niet bewust bij nadenkt. Het is bekend dat dyslexie erfelijk bepaald is. Als een van de ouders dyslexie heeft is de kans op een kind met dyslexie 50%. Om achterstanden op school te voorkomen is het belangrijk dat kinderen met een zwak taalgevoel zo vroeg mogelijk logopedisch worden begeleid.

LOGOPEDIE

De logopedist geeft specifieke training om de belangrijke vaardigheden voor het lezen en spellen te ondersteunen, zoals het combineren van het luisteren naar een klank, de mondbeweging goed voelen en de letter zien die erbij hoort. Dit is het meest effectief als het wordt gekoppeld aan daadwerkelijk lezen en spellen. Om te zorgen voor een doorgaande lijn in de behandeling wordt informatie overgedragen aan ouders en school. De behandeling richt zich op het laten opdoen van succeservaringen door het kind. Op die manier wordt geprobeerd emotionele problemen te voorkomen.

KENMERKEN VAN DYSLEXIE

  • Dyslexie is een ernstig probleem. Behaalt op genormeerde tests resultaten bij de laagste 10%
  • Dyslexie is een hardnekkig probleem. Extra, planmatige en intensieve didactische inspanningen leiden binnen de 6 maanden niet tot verbetering
  • Kernprobleem is de moeizame automatisering op woordniveau. Opvallende problemen op vlak van snelheid en accuratesse
  • Bij dyslexie is het kind vaak later beginnen praten en gaat de spraakontwikkeling langzamer
  • De letters dansen op het blad en de letters worden door elkaar gehaald (bv. dorp en drop)
  • Moeite met het bijhouden van het tempo
  • Er is sprake van een langzame letterherkenning
  • Spiegelschrift en klanken omdraaien (/b/ en /d/, /q/ en /p/)
  • De spellingsregels worden zeer moeizaam verworven en raken niet geautomatiseerd
  • Fonetisch schrijven
  • Er worden spellingsfouten gemaakt bij het overschrijven
  • Er is weinig concentratie tijdens het lezen
  • Het voorlezen gaat traag, hakkelend en/of radend. Nadien weet men soms niet wat er gelezen is
  • De problemen nemen toe onder tijdsdruk
  • Dyslexie kan op elk moment tot uiting komen. Meestal in de lagere school, soms pas in het secundair of op volwassen leeftijd
  • Dyslexie (leesstoornis) komt in 95% van de gevallen samen voor met dysorthografie (spellingstoornis)
  • Dyslexie is erfelijk bepaald. Dyslexie komt méér voor bij jongens dan bij meisjes. Wanneer een ouder dyslectisch is hebben de kinderen een kans van 35%-40% om ook dyslexie te ontwikkelen

lager